Thema: Onrecht
Voorganger: Seintje Bos
Lezing: Exodus 5: 6 – 22
Mozes en Aaron gaan naar de farao en zeggen hem uit naam van God dat het volk bevrijd moet worden, om in de woestijn feest te vieren ter ere van de Ene. Dat zet kwaad bloed bij de farao en hij geeft de opdracht om voortaan de mensen zelf ook nog stro te laten zoeken dat nodig is om stenen te maken, de slavenarbeid waartoe ze al gedwongen waren. De ongelijke verhoudingen, het handelen uit macht in plaats vanuit recht, gaan voor eigen gewin ten koste van anderen, zijn in overvloed aanwezig.Net als de kleinheid van de mensen die het moeten ondergaan, de angst en wanhoop, niet weten hoe dit ooit nog goed kan komen, geen vermoeden van lichtheid of kans op ander leven.
Het laat de rauwheid en de hardheid van het bestaan zien, toen en nu, op zoveel plekken op onze wereld. Dit is waar het volk vandaan zal vluchten, wat hen drijft om later in het boek Exodus veertig jaar door de woestijn te gaan zwerven. Uit die doodswoestijn, uit dit Angstland moeten zij weg om te kunnen overleven. Niet uit een weloverwogen keus, maar omdat blijven niet meer kon. Met ergens diep in hen de hoop, het vermoeden dat leven er ook anders uit kan zien, dat leven meer is dan stenen bakken, gebukt gaan onder slavenarbeid.