Voorganger: Cees van Steenis
Thema: De hemel ontvouwt de glorie van God
Lezing: Psalm 19

Psalm 19 begint met de prachtige zin: “de hemel ontvouwt de glorie van God. Het
uitspansel zegt: Ik kom uit zijn handen.” Heel de schepping, alles om ons heen, de hemel
en de sterren boven ons zijn doortrokken van Gods Aanwezigheid. Wie kijken durft, kan
in alles Gods nabijheid ontdekken. Er is niets dat zich kan onttrekken aan zijn gloed,
zingt de psalmist zelfs. Dat vraagt om een reactie van onze kant, van een nieuwe manier
van leven: “Wat mijn mond zegt en mijn hart overweegt, laat het U genoegen doen”(v.15)
Herkennen wij deze ervaring van de psalmist in ons eigen bestaan? Hoe geven we daar
vorm aan?