Voorganger: Jasja Nottelman
Thema: Onreine geesten
Lezing: Marcus 5,1-20
Een wonderlijk verhaal. Jezus is aangekomen in het land van de Gerasenen. Daar
ontmoet hij een mens, die in de greep was van een onreine geest. Voor hem is leven
overleven in de hel. Dag en nacht is hij wakker, rusteloos, brullend van ellende, wonend
tussen de graven. Een levende dode. Jezus ontmoet hem en zegt: “Onreine Geest, ga
weg uit die man.” Het contrast kan haast niet groter zijn tussen Gods Geest en wat hier
een ‘onreine’ Geest genoemd wordt. Het is het verschil tussen leven en levend dood zijn.
Tussen tot je bestemming komen en gevangen zitten in wanhoop en eenzaamheid. Hoe
onderscheid je wat van God komt of juist niet, als het subtieler vorm krijgt dan in dit
verhaal? Hoe gaan wij daar vandaag de dag daarmee om, in ons eigen leven, in onze
maatschappij? Waaraan herkennen wij Gods aanwezigheid en hoe zien onze ‘onreine
geesten’ eruit?