Thema: Heiligheid in een gesprek
Lezing: Johannes 8,1-11
Voorganger: Jasja Nottelman
Bij Jezus wordt een vrouw gebracht, die op heterdaad betrapt is op overspel. Degenen die haar bij Jezus brengen, brengen gelijk de wet van Mozes in stelling, op overspel staat steniging. Ze stellen Jezus de vraag ‘hoe staat U daar tegenover?’. Een vraag die geen vraag is, niet bedoeld om vrije gedachtewisseling, om nader tot elkaar te komen, om verbinding te maken. De vraagt stelt Jezus op de proef, klem te zetten. De heiligheid is ver te zoeken.
Dan doorbreekt Jezus de beklemming. Hij bukt zich en schrijft in het zand. Wat hij opschrijft? Geen idee. Er ontstaat ruimte, ruimte om te zeggen wat hem op het hart ligt. “wie zonder zonde is, moet dan de eerste steen werpen”. En hij bukt zich, en schrijft weer verder. De anderen vertrekken een voor een, ze worden in beweging gebracht en durven het niet aan om zichzelf in het spel te brengen. Jezus blijft alleen achter met de vrouw en er ontstaat een open gesprek, waarin het verlangen en de verbondenheid kan groeien. De vrouw komt weer tot leven, er ontstaat ruimte om adem te halen. De doem van de veroordeling is geweken, er is een toekomst zonder zonde gecreëerd door zijn woorden. Mensen hebben het nodig om zich uit te spreken, om te zoeken naar verbinding met elkaar en met de Ene, dan kan een gesprek heilig worden, liefde die voelbaar wordt.
foto Teunis Hol
